Nieuws

Van stal tot klaslokaal: hippisch onderwijs in de praktijk

Voor ondernemers met een paardenbedrijf is goed opgeleid personeel van onschatbare waarde. Of het nu gaat om het draaien van lessen, de dagelijkse verzorging van paarden of klantcontact: je wilt mensen op stal die weten wat ze doen én begrijpen wat jouw bedrijf nodig heeft.

10 november 2025 | 3 minuten lezen

Dankzij de intensieve samenwerking tussen onderwijs-instellingen en hippische bedrijven worden studenten goed voorbereid op een toekomst in de sector. In dit artikel lees je hoe het hippisch onderwijs bij Aeres werkt en welke rol jij als ondernemer daarin kunt spelen.

Leren in de praktijk

De weg naar een loopbaan in de paardensector begint voor veel studenten al vóór de opleiding. Ze rijden bij een manege, helpen mee op stal of dromen van een toekomst tussen de paarden. Zodra ze kiezen voor een opleiding bij Aeres Barneveld, begint de echte ontwikkeling. De opleidingen bieden een mix van theorie en praktijk, waarbij de nadruk ligt op leren door te doen. “We beginnen al vroeg met stages,” vertelt een docent. “Dat is de ultieme manier om het vak echt onder de knie te krijgen.”

Het hippisch centrum van Aeres speelt daarbij een grote rol. Studenten draaien mee in de dagelijkse gang van zaken en leren alles van verzorging tot stalwerkzaamheden. “Ze moeten ook weekend-diensten draaien. Alleen zo leer je het echte werk kennen.”

Een team met ervaring

Aeres onderscheidt zich door de breedte van haar onderwijsteam. “We hebben ervaren instructeurs in Voor ondernemers met een paardenbedrijf is goed opgeleid personeel van onschatbare waarde. Of het nu gaat om het draaien van lessen, de dagelijkse verzorging van paarden of klantcontact: je wilt mensen op stal die weten wat ze doen én begrijpen wat jouw bedrijf nodig heeft. Van stal tot klaslokaal: hippisch onderwijs in de praktijkde rijbaan, hoefsmeden met een eigen praktijk en docenten met een achtergrond in hippisch onder-nemen,” klinkt het trots. “Studenten krijgen les van mensen die nog midden in het werkveld staan naast de vakdocenten die algemene vakken geven. Dat maakt het onderwijs levendiger en realistischer.” De betrokkenheid van het docententeam is groot. “We begeleiden de studenten niet alleen als leerlingen, maar ook als toekomstige collega’s.”

Van intake tot werkvloer

Het leertraject begint met een intake waarbij studen-ten niet alleen vertellen wat ze willen, maar ook direct geconfronteerd worden met de realiteit van het vak. “We proberen het echte verhaal te vertellen. Niet alleen de mooie kanten, maar ook de harde werkvloer en de verantwoordelijkheden.” Naast de reguliere BOL-opleidingen is er ook een BBL-traject waarbij studenten al in de sector werken en één dag per week naar school komen. “Ook voor deze groep is praktijkervaring essentieel. Ze komen soms van ver, zelfs vanaf de Waddeneilanden, maar ze vinden het de moeite waard om hierheen te komen.”

Samenwerken met het bedrijfsleven

Een van de pijlers onder het succes van het hippisch onderwijs in Barneveld is de samenwerking met stagebedrijven. Er zijn vaste netwerkbijeenkomsten, terugkomdagen en docenten bezoeken bedrijven actief. “We starten niet met het bespreken van de student, maar vragen eerst hoe het met het bedrijf gaat. Dan ontstaat er vanzelf een goed gesprek over de begeleiding.”

Stagebedrijven ontvangen een beoordelingsoverzicht met competenties waarin de studenten moeten voldoen en studenten stellen onder begeleiding van de docenten een persoonlijk ontwikkelingsplan op met individuele leerdoelen. “Als iemand meer wil leren over springen of fokken, zoeken we gericht een bedrijf dat daarbij past.”

Waarom stagebedrijven cruciaal zijn

Zonder leerbedrijven geen praktijkonderwijs. Ondernemers spelen een sleutelrol in de opleiding van toekomstig personeel. Door studenten actief te begeleiden en te betrekken bij alle facetten van het bedrijf, investeren ondernemers direct in de kwaliteit en continuïteit van hun eigen bedrijfsvoering. Veel ondernemers zien stagiaires uitgroeien tot waarde-volle medewerkers die al helemaal zijn ingewerkt in de bedrijfsvisie en werkwijze. Bovendien levert het begeleiden van studenten ook nieuwe inzichten op: het dwingt je om kritisch naar je eigen werkwijze te kijken en je kennis over te dragen.

Ruimte voor ontwikkeling

Naast het vaste lesprogramma worden er veel extra activiteiten georganiseerd: themadagen, gastlessen van gedragscoaches, voedingsspecialisten en BHV. Ook hebben de studenten de mogelijkheid om mee te werken tijdens grote evenementen zoals Horse Event of Animal Event. “Studenten geven daar soms zelfs clinics of rijden mee in shows. Zo groeien ze echt boven zichzelf uit.”

De school maakt gebruik van assessments in plaats van klassieke toetsen. Studenten leren daardoor beter reflecteren op hun leerproces. “Ze moeten leren uitleggen wat ze doen, waarom ze iets doen en hoe ze zich ontwikkelen. Die bewustwording helpt ze later in hun werk.”

Kansen én grenzen

Toch is niet alles rooskleurig. Sommige studenten haken af of lopen tegen mentale en financiële uitdagingen aan. “Fouten maken mag, maar we gaan wel in gesprek als iemand steeds opnieuw dezelfde fout maakt.” Tegelijkertijd is er veel ruimte voor maatwerk, binnen de grenzen van het kwalificatiedossier. “We proberen studenten klaar te stomen voor een breed werkveld, maar sommige kansen – zoals stages bij ruitersportwinkels –
vallen nu nog buiten de standaardroutes.”

De toekomst van het hippisch onderwijs

Aeres (eerder Groenhorst College) timmert al 25 jaar aan de weg. De instructeursopleiding, hoefsmederij-opleiding en BBL-trajecten zijn bewust opgezet om in te spelen op behoeften uit het werkveld. “We zijn niet het nieuwe Deurne, maar wel een degelijke opleiding die vakmensen klaarstoomt voor de praktijk.”
Dat blijkt ook uit de feedback van bedrijven. Grote namen in de sport en recreatie vragen specifiek om studenten van Aeres. “Dat is het mooiste compliment dat je kunt krijgen.”

Dankzij samenwerking tussen onderwijs en praktijk, aandacht voor welzijn en mentorschap én een heldere visie op de toekomst levert het hippisch onderwijs in Barneveld een belangrijke bijdrage aan een sterke sector. Zoals een docent het mooi samenvat: “Zelfs als ze niet in de paardensector blijven, worden het sterke persoonlijkheden. En daar mogen we trots op zijn.”