Praktijkverhaal

Stal ’t Kabel: De kracht van mentorschap en opleiden

Een manege, pension-, sportstal én opleidingsbedrijf: Stal ’t Kabel is een veelzijdige onderneming waar alles draait om kwaliteit, betrokkenheid en de ontwikkeling van mens én paard. Sinds de start in 2007 bouwde Sanne Winters samen met haar partner Ronald
Boers en hun team het bedrijf uit tot satellietbedrijf. In dit artikel lees je hoe welzijn en opleiding een centrale rol spelen in hun aanpak.

15 september 2025 | 3 minuten lezen

In 2007 namen Sanne en haar partner het manegebedrijf over waar Sanne ooit heeft leren rijden. “Het stond leeg en het was redelijk vervallen. De eerste vier maanden hebben we alles verbouwd en vervolgens zijn we gestart met manegeactiviteiten. Er moest immers een goed businessmodel komen om alles van te betalen. Ik kwam uit het dorp en kende veel mensen en daarnaast was er veel vraag naar rijlessen dus het was niet moeilijk om ons bedrijf daarmee op te zetten.”

Kwaliteit voorop

Hoewel het bedrijf begon als manege, was dat nooit Sannes droom. “Ik wilde eigenlijk helemaal geen manege. Maar ik moest iets om mijn sportambities te kunnen bekostigen. Ik reed zelf succesvol in de Grand Prix en mijn dochter Esmee rijdt inmiddels internationaal bij de Young Riders. De sport is altijd belangrijk geweest voor mij. Maar dan moet het bedrijf wel goed draaien en het team zelfstandig kunnen werken.”

Sanne had vanaf het begin een duidelijke visie. “Ik wilde geen lessen draaien met zoveel mogelijk kinderen in zo min mogelijk tijd. Mijn ambitie was goed rijden en goed lesgeven. Die kwaliteit is nog steeds de basis van alles wat we doen. Dat doen we onder andere door bijscholingen te volgen om ons te blijven ontwikkelen, contact te hebben met andere ondernemers en betrokken te zijn bij de sector zoals in de ledenraad van de FNRS. De wil en drive om altijd beter te willen worden en kennis op te willen doen en dat ook uitdragen naar het personeel dat is voor ons het belangrijkste.”

Satellietbedrijf met impact

Sanne had haar handen jarenlang aardig vol met het reilen en zeilen van het bedrijf tot Esmee serieuzer begon te rijden met haar pony’s. “Dat was het moment dat we met het bedrijf ook meer de sportkant op zijn gegaan. Daardoor werd goed personeel steeds belangrijker voor ons. Op dit moment doe ik behalve de aansturing weinig meer met het manegewerk zelf. We hebben hele fijne meiden hier lopen en met de begeleiding die we hier verzorgen, kunnen we ons eigen personeel opleiden.”

Sinds acht jaar is Stal ’t Kabel een satellietbedrijf van Lentiz. Op een satelliet-bedrijf doen gemiddeld vier studenten per leerjaar, één dag in de week praktijkervaring op met paardrijden en lesgeven volgens de normen van de ORUN. “Het begon toen ik veel contact had via een stagiaire van het Lentiz college, die toen net gestart was in zijn eerste jaar. Als bedrijf gaf ik de opleiding wat sturing, waardoor ze vroegen of ik als bedrijf betrokken wilde zijn als partner. Inmiddels begeleiden we elke week studenten van verschillende leerjaren.” Klaarstomen Studenten volgen de praktijklessen op locatie. “Ze komen één dag per week naar ons toe. Tussen de één en vier studenten tegelijk. Ze krijgen instructie, leren alles over verzorging, rijden en leren lesgeven. Om ze klaar te maken voor hun ORUN-examens.” Het mentorschap neemt Sanne serieus. “We proberen ze echt klaar te stomen voor het vak. Er is veel vraag naar goede mensen en daar ontbreekt het nog wel eens aan, dus daarom leiden we ze hier op in alles wat ze moeten kunnen en weten. Sommige studenten komen na hun opleiding terug als instructeur. Die ken ik door en door. Die kan ik met vertrouwen inzetten. Dat maakt het voor ons bedrijf ook sterker.”

  

Afwisseling voor mens en paard

Sanne benadrukt dat ze er voor iedere ruiter zijn, van de beginners tot Grand Prix ruiters kunnen hier terecht. En hoewel Sanne en Esmee vooral van de dressuur zijn, beschikt Stal ’t Kabel ook over een eigen crossterrein, waar tussen april en oktober lessen en trainingsmomenten worden georganiseerd. “Ronald is vooral bezig met spring- en crosslessen, maar ook andere instructeurs zijn breed opgeleid. We leiden ze allround op, zodat ze alle disciplines kunnen geven. Op deze manier kunnen we zowel de klanten als de paarden veel afwisseling bieden. Gewoon laagdrempelig: van een enkele hindernis tot een eenvoudig crossparcours.”

Het welzijn van de paarden staat altijd voorop. “Onze paarden lopen dagelijks buiten, krijgen veel afwisseling en we doen ons best de ruiters zo goed mogelijk op te leiden. Dat is wat we ook willen uitdragen bij alle klanten die hier binnenkomen. Wij leren echt iedereen hier wat je precies doet, hoe belangrijk de band met een paard is en hoe je goed voor ze zorgt.”

Samen werken aan een sterke sector

Dochter Esmee werkt inmiddels fulltime mee in het bedrijf. “Of ze het ooit overneemt? Dat weet je natuurlijk nooit zeker. Maar ik wil wel dat ze de mogelijkheid heeft. Daarom zorgen we nu al dat het bedrijf toekomstbestendig is. Daarbij is het ook heel belangrijk om je aan te sluiten bij een branchevereniging die ergens voor staat zoals de FNRS.”

Via de FNRS zette Sanne zich ook jarenlang op beleidsniveau in. “Ik zat 10 jaar in de ledenraad en probeer bij te dragen aan de ontwikkeling van onze sector. Het is belangrijk dat we één geluid laten horen richting overheid en samenleving.” Haar grootste zorg? “Dat de volgende generatie het straks niet meer kan. Dat er geen plek meer is voor hippische bedrijven. Daarom moeten we onze kennis delen, samenwerken en laten zien wat er allemaal bij komt kijken. En bovenal: dat het de moeite waard is.” •