Nieuws

Samen sterk in bedrijfsovername

Een hippisch bedrijf overdragen is veel meer dan een zakelijke handeling. Het gaat over familie, toekomst en vertrouwen. De cijfers op papier zijn belangrijk, maar minstens zo zwaar weegt de emotie die erbij komt kijken. Daarom is een goede samenwerking tussen adviseur, bank en ondernemers essentieel. FNRS-partners Rabobank en aaff vertellen wat hier allemaal bij komt kijken.

19 november 2025 | 3 minuten lezen

De wensen als vertrekpunt

“Het eerste wat we doen, is in gesprek gaan met de overdragers,” vertelt Helma van Rozendaal, bedrijfsadviseur bij aaff. “We willen weten wat hun wensen zijn. Waar willen ze wonen? Hoe ziet hun financiële toekomst eruit? En wat betekent dat voor andere kinderen? In de meeste gevallen is ook de bedrijfsopvolger aanwezig. Als de bedrijfsopvolger weet hoe de minimale overnamesom is opgebouwd, is er vaak ook draagvlak vanuit de positie van de opvolger. De minimale overnamesom is opgebouwd uit de wensen en aandachtspunten die voor ouders belangrijk zijn.”

aaff werkt landelijk met een team van overnamespecialisten dat agrarische en hippische bedrijven begeleidt. Het traject start altijd bij de ouders of verkopende partij: hun woon- en inkomenssituatie, pensioenvoorziening, eventuele privébezittingen en belastingverplichtingen worden in kaart gebracht. Ook de positie van andere kinderen wordt besproken. “Ouders willen het goed doen voor iedereen”, zegt Helma. “Daarom kijken we samen of er in het verleden al iets is geschonken, of dat er nu of later nog iets geregeld moet worden. Uit al die onderdelen ontstaat een eerste berekening: wat is er minimaal nodig om als ouders goed verder te kunnen leven? Die berekening vormt het uitgangspunt voor de overnamesom.”

De opvolger schuift aan

Als de basis er ligt dan is dat het punt in het proces dat de opvolger zich uitspreekt over de toekomst van het over te nemen bedrijf. “De overnamesom is pas het begin”, legt Helma uit. “De vraag is of dat bedrag ook financierbaar is. Soms kan een deel worden uitgesteld, soms helpt een lening vanuit de ouders of een verrekening in de erfenis. We kijken naar wat financieel en emotioneel haalbaar is voor beide kanten. Daarnaast kan het zo zijn dat er nog investeringen nodig zijn naast de overnamesom om het bedrijf voort te kunnen zetten.”

Aaff begeleidt niet alleen de berekeningen, maar ook de gesprekken tussen ouders en kinderen. “Verwachtingen kunnen ver uit elkaar liggen. Dan is het onze rol om daar begrip in te brengen en samen te zoeken naar een oplossing. De kunst is om zowel het hart als het hoofd mee te laten spreken.”

Als de uitgangspunten duidelijk zijn, wordt de vermogenspositie uitgewerkt en volgt een conceptovereenkomst. aaff stemt dit af met de fiscalist, notaris en zodra de plannen financieel rond zijn met de bank. “We zorgen dat het hele plaatje klopt voordat er handtekeningen worden gezet,” zegt Helma. “Dat voorkomt verrassingen achteraf.”

De bank kijkt naar de toekomst

Wanneer het plan financieel en fiscaal klopt, komt de Rabobank in beeld. Binnen de bank is een speciaal hippisch expertteam actief dat de sector goed kent. “Niet iedere bankier begrijpt een paardenbedrijf”, vertelt René Veldman, accountmanager bij de Rabobank. “Onze taak is om de cijfers te vertalen naar de praktijk. Wat is het verdienmodel, wat zijn de vooruitzichten en kan de ondernemer de lasten dragen?”

De bank vraagt om een helder ondernemingsplan met een realistische prognose. “We willen weten wat er verandert na de overname”, zegt René. “Soms nemen ondernemers het bedrijf precies zo over, maar vaak verandert de bedrijfsvoering of de doelgroep. Dat moet terug te zien zijn in de cijfers.”

Ook kijkt de bank nauwkeurig naar de vergunningen. “In een prognose rekenen met zestig paarden terwijl er volgens de vergunningen maar veertig gehouden mogen worden? Dat doen we niet. Alles moet kloppen voordat we verder kunnen. Ondernemers doen er goed aan ook de vergunningen vooraf te laten controleren door een specialist, zodat we samen met realistische gegevens kunnen rekenen.”

Vertrouwen door samenwerking

De samenwerking tussen aaff en Rabobank zorgt ervoor dat de lijntjes kort blijven. Terwijl aaff het voorwerk doet, van berekeningen tot fiscale onderbouwing, toetst de bank de haalbaarheid en draagkracht. “We spreken elkaars taal”, zegt Helma. “De bank weet dat onze cijfers zorgvuldig zijn onderbouwd en wij weten wat de bank nodig heeft om verder te kunnen. Daardoor verloopt het traject vlotter en met meer vertrouwen.”

René bevestigt dat: “Als adviseur en bank samenwerken, ontstaat rust. De ondernemer hoeft niet steeds dezelfde informatie te herhalen. Wij stellen kritische vragen, aaff vertaalt die naar oplossingen, en zo komt het plan stap voor stap rond.”

De menselijke kant

Naast de cijfers speelt de emotie een grote rol. “Bij familiebedrijven is het ook een proces van loslaten”, zegt Helma. “Ouders geven hun levenswerk over aan de volgende generatie. Dat vraagt tijd en vertrouwen. We begeleiden ze daar bewust in, zodat het ook persoonlijk goed voelt.”

René herkent dat ook aan de kant van de financiering. “Een overname is een grote stap. Voor de nieuwe eigenaar betekent het verantwoordelijkheid nemen en investeren in de toekomst. Voor ouders betekent het afscheid nemen. Dat zijn verschillende emoties, en daar moet ruimte voor zijn.”

Wat andere ondernemers kunnen leren

De ervaring van aaff en Rabobank laat zien dat tijdigheid de sleutel is tot een succesvolle overdracht. “Begin op tijd met praten”, zegt Helma. “Leg afspraken vast, ook al zijn ze voorlopig. Kijk er regelmatig naar en stel bij als de situatie verandert. Dat maakt de uiteindelijke overname een stuk makkelijker.”

Ook de Rabobank benadrukt het belang van een goede voorbereiding. “Zorg dat je plan klopt en je vergunningen in orde zijn”, zegt René. “Een gezonde exploitatie en heldere toekomstvisie maken het verschil tussen twijfel en vertrouwen bij de bank.”

Voor FNRS-leden kan de Rabobank bovendien gunstige financieringsvoorwaarden bieden, zoals een rentekorting. “Maar het belangrijkste blijft de inhoud”, besluit René. “Een realistisch plan, goed doordacht en zorgvuldig begeleid, dat is waar een duurzame toekomst mee begint.”